Historie kapel O.L.V. van Altijddurende Bijstand te Ospel aan de Klaarstraatzijweg.

De wegkapel is gewijd aan Onze Lieve Vrouw van Altijddurende Bijstand, gebouwd in 1907 in neo-romaanse stijl. Het kleine gebouw is gelegen aan de rand van een weiland ten noorden van de doorgaande weg door het kerkdorp Ospel en ten zuidwesten van de Klaarstraatzijweg. Het betreft hier een verbouwing tot kapel op initiatief van pastoor H. Caris van een voormalig coöperatief melkfabriekje op handkracht (“Eendracht maakt macht”) die in 1893 was gesticht. (Dit is op meerdere plaatsen gebeurd zo is o.a. ook de Moesel Kapel te Weert ook ontstaan uit de melkfabriek van De Eendracht te Moesel). Deze melkfabriek was de eerste coöperatie op Ospel. Daarna volgde nog 3 fabriekjes (Ospel kern, Horick en Ospel-Dijk) In 1906 gingen deze fabriekjes op in de coöperatieve stoomzuivelfabriek St. Isidorus (gelegen op de Stad). Wellicht werd het fabriekje ter ere van deze omwenteling tot kapel verbouwd, anderzijds wordt de stichting en wijding aan Onze Lieve Vrouw ook in verband gebracht met de hoge kindersterfte in deze tijd. De eigenaar van de grond (Piet Franssen) schonk de grond en de cooperatie het gebouw aan de parochie. Er werd een prachtig portaal met klokkentoren geplaatst. Verder enkele steunberen en een “koor” aan de zuidwestzijde. In de kapel werd een schilderij van Onze Lieve Vrouw van Altijddurende Bijstand geplaatst. Bij dit schilderij hoort nog een oorkonde van 22 oktober 1907 ondertekend door Paus Pius X. De grotendeels gaaf bewaarde kapel wordt omgeven door een omheining van bakstenen pijlers waartussen eenvoudige smeedijzeren hekwerken, die zeer waarschijnlijk tijdens een restauratie in 1985 zijn vernieuwd.
WEGKAPEL in de vorm van een rechthoekig zaalkerkje met aan de zuidzijde een vijfzijdige koorsluiting en aan de voorzijde een uitspringende entreepartij bekroond door een klokkentorentje. Het schip wordt afgedekt door een zadeldak verzonken tussen eindgevels en belegd met leien in Maasdekking. De versnijdingen van de steunberen zijn evenals de hellende delen van voorgevel en klokkentorentje met hardstenen dekplaten bekleed. In het midden van de symmetrisch ingedeelde VOORGEVEL springt een torenlichaam naar voren dat zich aan de bovenzijde versmalt en uitloopt in een met rode vormsteen versierde open klokkenstoel. De klokkenstoel heeft een meerzijdige afgeknotte natuurstenen spits met smeedijzeren nokkruis.

In de periode 1918-1920 heerste er in Nederland de Spaanse griep en in Nederweert overleden aan deze ziekte in een korte periode ruim 100 personen. Daarom plaatste men in de kapel in 1919 een beeld van de H Rochus die algemeen werd vereerd als beschermheilige tegen besmettelijke ziekten. Het beeld staat links voorin de kapel op een “kast” gemaakt door Jos. Thissen en zonen uit Roermond gedateerd 1919. Jozef Thissen was een leerling van Pierre Cuypers (de architect van de kerk te Ospel) die in Roermond zijn eigen atelier was begonnen.

Gebruik van de kapel.
Pastoor Caris was een dagelijks bezoeker. Ook werd er op zondagmiddag rozenhoedjes gebeden, waarbij dames uit de buurt als voorbidster optraden. Ook werden er naar de kapel bidtochten gehouden bij ernstige ziekte. Bij de jaarlijkse Sacramentsprocessie was de kapel het keerpunt en was er een rustaltaar.
In de jaren 1930 werd een beeld van de heilige Theresia geplaatst door de meisjesbeweging (Jong Garden). De heilige Theresia is de patroonheilige van het missiewerk. Dit beeld staat rechts voorin de kapel op een kast.

Van 1936 tot 1939 was Jean Adams kapelaan te Ospel. Hij was naast priester ook een bekend schilder en schrijver. In die periode heeft hij de kapel verfraaid met muurtekeningen en een 15-tal schilderijen uitgevoerd op de wand.
Tijdens de tweede wereldoorlog zijn een aantal bezittingen van de kapel in bewaring gegeven bij pastoor Adams. Echter als gevolg van beschadiging van de pastorie door oorlogsgeweld zijn deze verloren gegaan.

Van 1964 tot 1973 was de kapel gesloten. Veel voorwerpen uit de kapel zijn toen bij kapelmeester Zjang Snellen opgeslagen. Als gevolg van een boerderijbrand bij Zjang in 1966 zijn deze verloren gegaan. In die periode kwam de Sacramentsprocessie ook niet meer in de kapel. De kapel raakte steeds meer in verval mede wegens gebrek aan bezoekers. De huidige beelden in de kapel zijn ook niet de originele beelden.

In 1973 heeft de buurtvereniging “De Viersprong” dus v.n.l. de Klaarstraat, het initiatief genomen om de kapel weer in gebruik te nemen. Na een kleine opknapbeurt werd in mei 1974 de kapel heropend. Sindsdien is de kapel op zondagen van mei tot en met oktober geopend.

Renovatie 1984.

In het voorjaar van 1984 is op initiatief van het kerkbestuur gestart met de totale renovatie van de kapel. Kosten begroot op 25.000 gulden. Vooral de buurt (buurtvereniging “de Viersprong”) heeft hiervoor veel inzet gepleegd. Vooral Jan Reynen en Wiel Ramaekers. De kapel was toen nog een redelijke originele staat uit 1907. Bij de ombouw van melkfabriek naar kapel had men de tegels in de zijwanden laten zitten. Over het metselwerk was een latwerk gemaakt waarop platen van asbest waren bevestigd. Op deze platen had kapelaan Adams de schilderingen gemaakt. Bij de renovatie zouden deze platen verwijderd worden en de gehele binnenmuren zouden gestukadoord worden. Volgens Wiel Ramaekers (pluimveehouder die t.o.v. de kapel woonde) is toen nog een discussie gevoerd wat te doen met de schilderingen, weggooien of op een of andere manier bewaren.

(foto links); het beeld links is St Rochus en rechts H Theresia. In het midden op het altaar het schilderij van Onze Lieve Vrouw van Altijddurende Bijstand).
Voor dit laatste is gekozen. Men heeft de schilderingen uitgezaagd en schilder Maassen uit Ell heeft deze gerestaureerd en van een lijst voorzien.
Een van de financiële acties was dat men van de schilderijen van Adams prentbriefkaarten had laten maken en deze werden in setjes van 5 stuks verkocht.

Foto links: de uitgezaagde schilderijen, maar daaronder een door Adams aangebrachte sierrand en daaronder nog de tegels uit het tijdperk dat het gebouw een melkfabriek was. Foto rechts: een setje briefkaarten.

Achter het altaar had Adams ook sierschilderwerk aangebracht. Dit is met de renovatie verdwenen.

In 2003 is de kapel ingeschreven als Rijksmonument onder nummer 15049/94.
Door deze status van rijksmonument dient de kapel door de eigenaar in stand te worden gehouden. Verder kan men voor het onderhoud aanspraak maken op Rijkssubsidie, hoewel dit in de praktijk nog niet zo eenvoudig bleek te zijn. Zie de renovatie hieronder. Bij de inschrijving als Rijksmonument is een omschrijving gemaakt van de bouwkundige kant van de kapel.

Renovatie 2018-2023. De kapel vertoonde steeds meer gebreken en in 2018 heeft de Parochiecommissie Ospel het initiatief genomen tot renovatie. Gestart is met een inventarisatie door Monumentenwacht Limburg. Daaruit bleek dat renovatie of groot onderhoud hard nodig was. Op basis van het rapport van de Monumentenwacht werd een begroting van de kosten gemaakt die uitkwam op € 55.000. Daarna kregen we 2 tegenvallers. De Rijkssubsidie was aanmerkelijk minder als verwacht en door de Corona epidemie werden de werkzaamheden uitgesteld en daarnaast liepen de kosten in de bouw a.g.v. schaarste sterk op. Daardoor kwamen de kosten uiteindelijk op € 75.000. Met subsidie van het Rijk, de provincie Limburg, de gemeente Nederweert, Prins Bernard Cultuurfonds, Coöperatie Zuidewind, Rabobank, Goede Doelenwinkel en particulieren (totaal € 70.000) hebben we het project kunnen uitvoeren. Een van de tegenvallers waren de rode profielstenen, bij de ingang en onder het torentje. Hiervan diende er 60 vernieuwd te worden. In Maaseik was een steenbakkerij die deze kon maken. Er diende wel een nieuw profiel gemaakt te worden met aparte specie en de oven moest speciaal hiervoor gestookt worden. Kosten per steen ongeveer € 60.

Op 27 mei 2023 is de kapel door pastoor Sebastian onder grote belangstelling opnieuw ingezegend.

Klok.
In de klokkenstoel in het torentje heeft nooit een klok gehangen. Wel is de kapel medio 2023 in het bezit gekomen van een klok/bel. In het oude bejaardenhuis St Joseph te Nederweert was uiteraard een kapel en hierin hing een klokje. In 1983 is het bejaardenhuis grondig verbouwd en is er een nieuwe kapel ingekomen. Bij de officiële opening in 1985 hebben de zusters van het Magdalena Convent deze klok geschonken en bij gelegenheid van het afscheidt van 3 zusters in 1993 is het klokje ingezegend en heeft het de naam gekregen “Magdalena-klokje”. Het klokje is gegoten bij Petit&Fritsen in Aarle-Rixtel. Na het afbreken van de kapel is het klokje bewaard gebleven en medio 2023 geschonken aan deze kapel om daarmee de aanvang van de diensten in de kapel aan te geven. Bij het klokje hoort een gedenkplaat met het opschrift;
“Bij gelegenheid van het afscheid van de laatste zusters van het Magdalena-Convent , zr Petrona, zr Magdalena en zr Petri werd dit Magdalena Klokje ingezegend op 19 november 1993”.

Schilderijen in de kapel.
Als gevolg van scheuren in de muren, die bij de renovatie gedicht zijn, moesten de schilderijen tijdelijk opgeslagen worden. Bij het opnieuw ophangen kwam de vraag in welke volgorde en zit er een thema in. Na enig speurwerk bleek het thema te zijn “De 20 geheimen van de rozenkrans”.
Dit zijn de 20 belangrijkste gebeurtenissen uit het leven van Jezus, die men bij het bidden van de rozenkrans kan overdenken. Deze zijn ingedeeld in 4 groepen van 5.
-Blijde geheimen (tegen de rechterwand, gezien vanaf het altaar)
– Droevige geheimen (linkerwand)
– Glorievolle geheimen (boven het altaar)
– Mysteries van het licht (geen afbeeldingen)
Waarschijnlijk vond kapelaan Adams 15 schilderijen voldoende en heeft alleen de eerste 3 groepen genomen.

Najaar 2023
Parochiecommissie Ospel
Henk Hermans

 


Wegkapel gewijd aan Onze Lieve Vrouw van Altijddurende Bijstand

Gebouwd in 1907 in neo-romaanse stijl. Het kleine gebouw is gelegen aan de rand van een weiland ten noorden van de doorgaande weg door het kerkdorp Ospel en ten zuidwesten van de Klaarstraatzijweg, een met bomen beplante landweg. Het betreft hier een verbouwing tot kapel op initiatief van pastoor H. Caris van een voormalig coöperatief melkfabriekje op handkracht (“Eendracht maakt macht”) dat in 1893 was gesticht. In 1906 ging het fabriekje op in de coöperatieve stoomzuivelfabriek St. Isidorus. Wellicht werd het fabriekje ter ere van deze omwenteling tot kapel verbouwd, anderzijds wordt de stichting en wijding aan Onze Lieve Vrouw ook in verband gebracht met de hoge kindersterfte in deze tijd. De grotendeels gaaf bewaarde kapel wordt omgeven door een omheining van bakstenen pijlers waartussen eenvoudige smeedijzeren hekwerken, die vermoedelijk tijdens een restauratie in 1985 is vernieuwd.

WEGKAPEL in de vorm van een rechthoekig zaalkerkje met aan de zuidzijde een vijfzijdige koorsluiting en aan de voorzijde een uitspringende entreepartij bekroond door een klokkentorentje. Het schip wordt afgedekt door een zadeldak verzonken tussen eindgevels en belegd met leien in Maasdekking. De apsis is afgesloten met een eveneens met leien belegd meerzijdig schilddak met een lagere nokhoogte. De afwatering vindt plaats via een witgeschilderde geprofileerde bakgoot op een gemetseld tandfries. De gevels zijn opgetrokken in genuanceerde baksteen in kruisverband in de voorgevel gecombineerd met details in rode profielsteen. De gecementeerde plint is langs de zijgevels versierd met gebouchardeerde ruitvormige vlakken. De zijgevels en apsis worden geleed door steunberen. De versnijdingen van de steunberen zijn evenals de hellende delen van voorgevel en klokkentorentje met hardstenen dekplaten bekleed.

In het midden van de symmetrisch ingedeelde VOORGEVEL springt een torenlichaam naar voren dat zich aan de bovenzijde versmalt en uitloopt in een met rode vormsteen versierde open klokkenstoel. De klokkenstoel heeft een meerzijdige afgeknotte natuurstenen spits met smeedijzeren nokkruis. De uitspringende entreepartij wordt met een puntgevel afgesloten, voorzien van een cirkelvormig kasement afgezet met rode baksteen en bekroond met een natuurstenen topkruis. Het portiek heeft een bakstenen plint afgesloten met een hardstenen lijst en is voorzien van insnijdende en geprofileerde dagkanten met archivolten in rode profielsteen.

In het houten rondboogvormige timpaan het opschrift Onze Lieve Vrouw van Altijddurende Bijstand bid voor ons, Ospel 1907″ geschilderd in geel-gouden belettering. De houten deur heeft hoge gekoppelde glaspanelen achter een smeedijzeren rooster. Het stoepje van het portiek is belegd met gele tegels. De LINKER ZIJGEVEL telt evenals de RECHTER ZIJGEVEL twee traveeën met rondboogvormig afgesloten vensters met gecementeerde omlijstingen en hardstenen lekdorpels. De ramen zijn gevuld met glas-in-lood en de vensteropeningen zijn voorzien van brugijzers en diefijzers. De ACHTERGEVEL springt aan beide zijden iets buiten de smallere apsis uit. De apsis heeft in elk van de vijf traveeën een smal rondboogvormig afgesloten venster.

De kapel heeft een goed bewaard gebleven INTERIEUR uit het begin van de twintigste eeuw met een blauwgeschilderde, ziende houten kap en trekstangen uit muurconsoles. Onder de bewaard gebleven interieuronderdelen bevinden zich twee identieke neogotische zijaltaartjes gewijd aan St. Rochus en St. Theresia met niet oorspronkelijke heiligenbeelden. Vrijwel het gehele vloeroppervlak van de kapel wordt ingenomen door banken aan weerszijden van een met zwarte en gele tegels belegd middenpad. De banken zijn bevestigd aan houten vloeren en zijn voorzien van eenvoudige neogotische motieven. Het middengangetje wordt door houten draaihekjes aan de voorste banken afgesloten van het voorkoortje. De wanden van de kapel zijn versierd met verdoekte schilderingen die de priester-schrijver en schilder Jean Adams op de wanden aanbracht tussen 1936 en 1939.

Waardering

De WEGKAPEL in Ospel heeft cultuurhistorische en typologische waarde als bijzondere uitdrukking van een culturele en geestelijke ontwikkeling in de architectuur van wegkapellen aan het einde van de negentiende en het begin van de twintigste eeuw. De kapel is een uniek voorbeeld van een tot kapel omgebouwd zuivelfabriekje, en is als zodanig op bijzondere wijze verbonden met een sociaal-economische ontwikkeling, namelijk de overgang van handmatige fabricage naar stoomkracht. De kapel heeft architectuurhistorische en typologische waarde als goed en gaaf bewaard voorbeeld van een wegkapel uit het begin van de twintigste eeuw in de vorm van een zaalkerk op kleine schaal. De kapel valt op vanwege de toegepaste sobere neo-romaanse stijl, vanwege detaillering in de voorgevel en vanwege de authentiek bewaarde interieuronderdelen uit het begin van de twintigste eeuw. De kapel heeft ensemblewaarden als functioneel en historisch onderdeel van het kerkdorp Ospel, met een herkenbare situering nabij een kruising van wegen.